Oerang Oetans (Weekverslag 21 tot 30 mei)
Busje komt zo…of niet?
Het is half 12 in de avond als we op de 20e op het vliegveld van KL worden afgezet. En wederom een tijd van wachten begint. Een collega zei al : wat doe je dan al die tijd, ik zou gek worden !? Ach, je pakt eens een boekie, slaapt eens wat en opeens zijn er al weer 3 uur voorbij. Het vliegtuig vertrokkeurig op tijd, 05.40 uur naar Kuching. Gemakshalve hebben we dat ook maar tot Indonesië gerekend anders werd het wat lastig met de verhalen want Maleisië was dan uiteindelijk maar 3 dagen. Goed, in Kuching aangekomen meteen door naar ons hotelletje wat we in de LP hadden gevonden, echter geen bus te bekennen. Later bleek op een kaartje in de LP dat het busstation ook 7km verderop lag, gek he dat je geen bussen ziet !? Maar we werden wel al lopend die kant opgestuurd. Gelukkig kwam er een klein busje die vroeg waar we heen wilden en die man raadde ook meteen ons hotelletje, want daar gaat iedereen met een rugzak heen. Het stelde niet veel voor, maar het was schoon en er was een fan.
Oerang Oetans
Even de stad bekijken, wat rondlopen en veel drinken want jemig wat was het heet. In de LP hadden we gelezen dat er hier ook een rehabilitatie-centrum voor de Oerang Oetans moest zijn dus maar eens kijken of we daar konden komen. Dat was snel geregeld en wat een schot in de roos. op het juiste moment werden we de bus uit gezet en moesten we nog 20 minuten lopen door een stukje jungle. Prachtig. Eenmaal op DE plek wisten we al dat de apen om 3 uur gevoed zouden worden en het was half 3. Wij verder lopen de jungle in en zagen opeens een houten bouwwerk wat de voederplaats wel moest zijn. Er stond een bordje “be quiet”. Nou, nog geen 5 minuten daar gezeten of er zweefde al een oerang oetan met baby tussen de bomen heen en weer, maar het was nog geen voedertijd. Om 3 uur kwam de ranger aangelopen en met een paar oerkreten riep hij de apen. Meteen gigantisch veel lawaai in de bomen en met veel geritsel en gezwiep van bomen kwamen ze er aan. In no time waren ze op het plateau en pikten eerst het “lekkere” fruit er uit voordat ze aan de bananen begonnen. Fantastisch om te zien en uiteraard staat er het een en ander op foto en film, om nooit te vergeten.
Stichting BOS
Afijn, Kuching was niet ons doel, we wilden in Pontianak kijken of we een stuk van de rivier aldaar konden bevaren voor een paar dagen. We boekten een bus naar Pontianak (10 uur) en met een zieke Car waren we daar tegen de avond. We kunnen hier kort over zijn : een backpacker heeft niets te zoeken in Pontianak. We hebben ons nog vermaakt door zelf een bootje te huren om letterlijk naar de evenaar te varen, die loopt daar doorheen. Leuk monument, stond er zelfs in het Nederlands op vanwege de vroegere bezetting. Dat was het wel aldaar. Snel een ticket geboekt naar Balikpapan want daar zouden we HET rehabilitatiecentrum Wanariset gaan bezoeken (zie linkje op de homepage). Ook deze stad was weer een aanfluiting of wij deden iets fout want wederom arriveerden we in het donker, waren weer alle hotels vol (hierover later meer) en was er wederom weinig te doen. Eindelijk een hotel gevonden gingen we plannen maken hoe nu verder want we werden gek van het onderweg zijn hoewel dit stuk wel was gepland. We zouden proberen de volgende dag meteen naar Wanariset te gaan bezoeken want dit kan alleen in de ochtend van een zaterdag (als je er al inkomt). Afijn de volgende ochtend internetten en meteen bellen met het centrum. Na wat gelobby en de juiste namen noemen was het dan toch rond, mede dankzij onze officiële uitnodiging via de Stichting BOS uit Nederland. Meteen een taxi in, dus NIETS van Balikpapan gezien, om daar heen te gaan want het was een uur rijden en het was al 10 uur. Daar aangekomen werden we hartelijk ontvangen in onze Wanariset t-shirts. Prachtig wat we daar te zien kregen, hoe alle apen op diverse niveau’s worden klaargestoomd om terug te gaan naar de jungle. De middelste klas gaat ook vier dagen “naar school” om alles weer te leren hoe het in de jungle werkt, onvoorstelbaar. Prachtig om te zien en het was zeer de moeite waard.
Rivieren ZIJN de wegen
Na dit bezoek de bus gepakt naar Samarinde en daar, het is ondertussen 24 mei, laat in de middag aangekomen. Weer alle hotels vol. Nu geloofde ik het niet meer. Toch eerst wat anders geregeld en later op straat liepen we een gids tegen het lijf, dan wel zocht hij ons bewust op. Hij vertelde wie hij was, zie LP blz 840 van Indonesië, en zei dat hij het 1 en ander kon regelen. We spraken met hem af want je hebt een gids nodig tenzij je het leuk vindt om overal het dubbele te betalen en tevens mis je de “taal”. AL pratende kregen we van hem te horen dat er veel mensen uit Singapore rotzooiden met hun inschrijvingen bij de hotels om vervolgens zelf handel te gaan drijven in de stad (voor hun natuurlijk ook spotgoedkoop). Daar kwamen ze achter en vervolgens werden alle touristen uit de middenklasse hotels (8 euro per nacht) geweerd. Dat was de reden dat ze dus zgn, vol waren. We vertelden onze gids dat we nu in een echt k..hotel zaten en vroegen of hij iets kon regelen ?! De volgende dag zaten we er beter bij en hadden we een reservering voor een extra nacht voor na onze trip over de Mahakam-rivier, wat we ondertussen met hem hadden besproken. Hem=Wibi want hij heet Suyardi. We gingen een tocht van 3 dagen over de rivier maken en in 2 verschillende dorpjes aan die rivier zouden we blijven slapen. Hij vroeg 300 euro voor de trip “all-in”. Dat vonden wij wat prijzig en rekende ff snel uit hoe het anders kon. Regel het dus zelf, met gids, maar zeg dat je alles zelf betaalt, dan kom je uit op iets meer dan de helft. Dus voor nog geen 150 euro hebben wij 3 perfecte dagen gehad, waarvan het merendeel werd opgeslokt door de kosten van de kanohuur, das daar hetzelfde als een taxi bij ons. De rivieren ZIJN de wegen.
Dayak-dorp
Als extraatje bezochten we voor onze trip een echt Dayak-dorp, een oude stam die vroeger bekend stonden als de koppensnellers. We hebben het er levend vanaf gebracht, ondanks dat we ook hier weer DE attraktie waren. Hou er rekening mee als je naar Indonesië gaat en je hebt geen zwart haar en je bent langer dan 1.65 meter dat je door IEDEREEN wordt aangegaapt. Ook daar wenden we weer, een goede zonnebril doet wonderen. Dat heet “beleefd negeren”. Goede, de volgende dag eerst 3 uur in de bus en toen de kano in met buitenboordmotor uiteraard. prachtig wat we allemaal gezien hebben. Alle huizen staan op palen, vanwege de diverse niveau’s van de rivier (regentijd en zo), vissersdorpjes waar ze allemaal van gedroogde vis leven (ruikt lekker hoor) en prachtige alledaagse taferelen. ALLES gebeurt in de rivier, ja dat ook….een een simpel hokje op een vlonder met een gat in de bodem is toilet, douche en washok in ene. Erg vreemd als je daarin staat te plassen en er komt tegelijkertijd een vis boven die de dag erna weer lekker op de BBQ ligt. Via de diverse dorpjes bereikten we onze bestemming voor die nacht, Tanjung Issuy. Wat we daar beleefden gaat alle fantasie te boven. We mochten mee naar een ceremonie bij mensen thuis van een medicijnman. NEE….geen touristische attraktie, er was echt iemand doodziek. Een oude baas van 75 die het aan zijn buik had en de injekties van de dokter hadden nog niet geholpen, dus wat doe je dan…..de medicijnman. Echt 2 uur lang met open mond zitten staren (en filmen). Niet dat het toen afgelopen was want het kan wel een week duren zoiets, maar gewoon het hele tafereel. Zelfs in een film nog nooit zoiets gezien. Spreuken die werden geroepen, dansen werden uitgevoerd en er werd fors op trommels geslagen en op de gamalan gespeeld. Ontzettend indrukwekken. Halverwege werd de oude baas de kamer ingeschoven, lopen ging niet meer, en het hele ritueel ging verder, onbeschrijflijk.
“Augurk”
Voldaan van deze dag gingen we slapen en de volgende dag gezond weer op. De 2e dag was net zo mooi met apen langs de kant van de rivier, een origineel onghouse gezien en s’avonds in een iets minder leuk dorp overnacht. Ook hier waren we weer een attraktie en roept iedereen “he mister” en “waai joe koing”. Vriendelijk blijven lachen en weer door. Ontzettend leuk was ook weer deze dag geweest en in de middag lekker op de pier (?) van dat stadje gezeten, boekie gelezen en uiteraard de locals te woord gestaan om voor de 364e keer te vertellen dat we uit Belanda komen, tourist zijn en dat ik “augurk” heet. We werden het zat om steeds onze namen te noemen en het zei ze toch niets. Hoogtepunt was : wer joe vrom? (ik dacht, he kennen ze dat ministerie hier ook ?) car zei : Amsterdam. Oh Aaif bien in Amsterdam. Oh where, zei Car. “In transit” was het grappige antwoord en wij kwamen niet meer bij. De volgende dag was de laatste dag alweer en op de terugweg hadden we kans zelfs rivierdolfijnen te zien. Helaas hadden deze beesten ook hun rust nodig en begrepen ze dat wij die locals ook wel ff zat waren en bleven dus rustig hun dutje onderwater doen. eenmaal weer terug bij het startpunt de bus weer in voor 3 uur en terug naar Samarinda. Een aanrader voor toekomstige Borneo-gangers. Als je eens wat anders wilt dan Bali-Java-Sumatra.
Mijl op 7
Wij gingen onze definitieve plannen maken en zagen dat het kosten-technisch en logistiek het slimste zou zijn als we via de noordkant van Borneo (maleise deel) terug zouden gaan richting Bangkok (Bankiekokkie) waar we 30 juni moeten zijn. Via Pulau Derawan, waar we nog gaan duiken, gaan we door naar Tarakan om van daarui te vliegen naar Sandakan. Dan met de bus naar Sepilok (weer oerang oetans kijken, ja wacht maar tot je ze zelf in het wild hebt gezien dan wil je ook niet meer anders) en dan naar Kota Kinabaluwaar we hopelijk nog de hoogste berg van Borneo gaan beklimmen, mount Kinabalu (hoest mogelijk he)zo’n ruim 4000 meter. Reizen naar andere eilanden is zo’n mijl op 7 dat je EN heeeeeel veel tijd moet hebben en als je het een beetje normaal wilt doen ben je toch al snel 5oo euro per persoon aan vliegtickets kwijt en op een wereldreis budget is dat weer teveel van het goede. Aangezien we van Indonesië toch nog nooit iets hadden gezien, hebben wij besloten het “rondje Borneo” vol te maken en vanuit Kota Kinabalu met een internet vlucht terug te gaan naar KL en dan met de trein naar BKK. Wij gaan dus zo voor 27 uur de boot op naar Berau om van daar naar het eiland te varen. Gegroet en tot het volgende verslag !